zondag 28 december 2014

Stof


"Stof zijt gij, en tot stof zult gij wederkeren."
Zo sprak God tot Adam volgens het boek Genesis, nadat hij zich door zijn vrouw Eva had laten verleiden tot het eten van de Boom van Kennis van Goed en Kwaad.
Hij plukte een zoete appel, wij plukken als gevolg daarvan tot op de dag van vandaag de wrange vruchten.

Bij het woordje "stof" denken wij in eerste instantie aan twee dingen.
De eerste betekenis die wij het woordje "stof" toekennen, zijn de hele fijne deeltjes die in de lucht zweven en uiteindelijk neerdalen op boekenkast of vensterbank.
Stof is ook de verzamelnaam voor de talloze soorten textiel die de mens in de loop der eeuwen heeft leren maken.
Ik denk niet, dat God de laatste omschrijving voor ogen had toen Hij zijn uitspraak deed.
En of wij onszelf na de dood terug zullen vinden op boekenkast of vensterbank waag ik ook te betwijfelen.
Nee, Hij bedoelde waarschijnlijk dat ons lichaam na de dood terug keert naar de aarde, uiteen valt in kleine deeltjes.
Grondstof, die weer opgenomen zal worden in de eindeloze kringloop van het leven.
Recycling is al zo oud als de aarde.

Het woordje "stof" is in vele samenstellingen terug te vinden.
Niet alleen in grondstof, maar ook in zuurstof en waterstof.
De twee elementen die tesamen water vormen.
Water.
Het thema van de kunsttentoonstelling "Made 2014", welke in dit weekend na Kerst gehouden zal worden in "De Spreng", het voormalige kerkgebouw van de Hervormde Gemeente in Oude Wetering.

Vol terechte trots en met de bereidheid om dit met de bevolking te delen, hebben een groot aantal kunstenaars hun werk daar bijeen gebracht.
Kunst, die stof zal geven voor discussies, of stof tot nadenken.
Misschien zelfs stof zal doen opwaaien.
Kunststof.
Hoewel deze term is voorbehouden voor synthetisch geproduceerde materialen, zou men toch ook een eerlijk stuk linnen, door een kunstenaar uitgekozen om daarop een schitterend schilderij neer te penselen, met recht kunststof mogen noemen.
En wat te denken van het stof dat zich, naast boekenkast en vensterbank, verzamelt op de bovenkant van schilderijlijsten en beelden.
Ook dat is kunststof.
Maar ook marmer, brons, verf, email.
In de handen van een creatief mens kunnen deze grondstoffen worden tot kunststof.
En..... klei.
De ultieme grondstof voor het maken van een kunstwerk.
De eerste mens werd volgens de Geschriften door Zijn Schepper toch min of meer uit de klei getrokken.
En wie durft ontkennen dat de mens een prachtige creatie is, net als alle andere wezens op aarde.
Kunstwerken, stuk voor stuk.
Zo komen we wel heel dicht bij de Grote Creator.
Waar sommige dieren nog wel in staat zijn om eenvoudige werktuigen te maken en te gebruiken, heeft de mens de gave om dingen te maken, puur voor de schoonheid.

Heel dichtbij, maar nooit Zijn Gelijke.
We kunnen dan wel inbreken in het DNA en zijn in staat om het leven te manipuleren.
We kunnen zelfs levens repareren met goede tweedehandsjes.
Maar leven scheppen?
Sommigen denken dat het slechts een kwestie van tijd is, dat de mens het mysterie van het leven zal kunnen doorgronden.
Ik denk dat ze uiteindelijk in het stof zullen bijten.
Net als Adam.....



Weer staan we op de drempel van een nieuw jaar en sluiten we 2014 af.
Ben benieuwd wat onze cabaretiers er van vinden op Oudejaarsavond.
Ze hebben in ieder geval genoeg gespreksstof.
Het beste sportjaar ooit voor Nederland.
Mart Smeets is de enige Nederlander die daar anders over denkt. (ja, hij wordt oud)
Ook het warmste jaar in ruim 3 eeuwen sinds de waarnemingen begin 18e eeuw zijn bijgehouden. 
Een prachtig voorjaar, een heerlijke zomer, al viel augustus wat tegen.
Maar ook een jaar met veel ellende: IS, de ebola epidemie, het oorlogsgeweld in Syrië, Gaza, Oekraïne met als absoluut dieptepunt de ramp van 17 juli.
2014 zal, ondanks alle mooie dingen die er gebeurden, herdacht worden als een jaar met een diepzwarte rand.....

Ik wens u voor het Nieuwe Jaar gezondheid, vrede en heel veel liefde toe.....



zondag 21 december 2014

Woord van het Jaar


Elk jaar, dat ten einde loopt, kent zijn verkiezingen.
Het speelgoed, de supermarkt, de auto, de sportman en sportvrouw van het Jaar.
De Gouden en Loden Loeki.
En.... het woord van 2014!
Dit jaar heeft de dagobertducktaks het gewonnen van de crimiclown en het moestuinsocialisme.
Een woord dat pas in oktober van dit jaar tijdens een bijeenkomst van de FNV-top ontstond.
Een terechte verkiezing? De tijd zal het leren.
Indien deze belasting voor de superrijken ook daadwerkelijk zal worden ingevoerd, dan zal het woord een blijvertje zijn, zo niet dan zal het al snel in de vergetelheid raken.
Of er zo'n belasting moet komen?
Ach, het wordt zo langzamerhand tijd dat men in Den Haag, zoals in ieder huishouden gebruikelijk is, leert rond te komen met hetgeen er jaarlijks aan inkomsten binnenstroomt.
Steeds maar weer een andere groepering uit de samenleving een poot uitdraaien als er weer tekorten dreigen, is wel de gemakkelijkste weg.
Dagobertducktaks is tenslotte gewoon een eufemisme voor graaibelasting, een term die eigenlijk veel beter verwoord waar het uiteindelijk op neer komt.

Mooi is dat, zo'n levende taal!
Elk jaar weer ontspruiten aan creatieve breinen nieuwe woorden om een zich nieuw voordoend fenomeen te omschrijven.
Soms flauw, maar vaak ook prachtige vondsten.
The Language Lab startte in 2003 de zoektocht naar "Het Woord van het Jaar".
De top-3 bestond in dat jaar uit: gamen, beurtbalkje en googelen, vandaag de dag volledig ingeburgerde woorden.
In 2007 nam Van Dale het stokje van de woordverkiezing over en vanaf 2010 werd een aparte verkiezing gehouden in Vlaanderen.
Sinds 2009 houdt ook het "Genootschap Onze Taal" een woord-van-het-jaar verkiezing.
Zo werd onze taal in de loop der jaren onder andere verrijkt met woorden als plofkip, selfie en participatiesamenleving.
En, in 2009.... ontvrienden!
We kennen het allemaal.
Zo af en toe de bezem halen door je virtuele vrienden op de social media.

Een man die de laatste jaren de Nederlandse taal het meest verrijkt heeft met nieuwe woorden is ongetwijfeld Geert Wilders. Zo hebben wij aan hem termen als tuigdorp, bedrijfspoedel en kopvoddentaks te danken.
Of er werkelijk sprake is van verrijking is natuurlijk arbitrair.
Velen zullen het binnendringen van dit soort woorden in onze taal eerder zien als een bewijs van de verdere verloedering van onze maatschappij en de teloorgang van het respect voor de andersdenkende medemens.
Je kunt van hem zeggen wat je wilt, maar hij is een meester in het bespelen van de massa via het gesproken woord.
Door in te spelen op de emoties die binnen de maatschappij leven, weet hij de massa te bewegen om het gezonde verstand terzijde te schuiven.
Deze week kwam het bericht dat hij vervolgd gaat worden vanwege zijn uitspraken ten tijde van de gemeenteraadsverkiezingen.
Hij heeft het weer voor elkaar.
Hij zal zichzelf weer in de slachtofferrol kunnen manoeuvreren en verbolgen uitroepen dat het een schande is, dat hij vervolgd wordt, terwijl hij de gedachten van "miljoenen" Nederlanders heeft verwoord en zo de aandacht afleiden van de realiteit.
Dat hij gewoon een racistische, discriminerende haatzaaier is.
Ik hoop dat het Nederlandse volk zo langzamerhand door de retoriek van deze volksmenner heen gaat prikken, zodat wij afscheid kunnen nemen van zijn gedachtengoed.
Geestelijk ontspullen.
Ontwildersen zou dan zo maar het woord van 2015 kunnen worden.

Een trouwe lezer maakte mij attent op het feit dat "ontspullen" geen bestaand woord is.
Inderdaad, het is niet terug te vinden in Van Dale of enig ander woordenboek.
Toch levert een zoekactie op Google 257 hits op en vind ik het woord al in een artikel van The Optimist uit het jaar 2000.
Heeft een woord, dat al zo'n 15 jaar met enige regelmaat opduikt in onze dagelijkse taal, niet meer recht op een plaatsje in het woordenboek, dan een op een achternamiddag bedacht woord voor iets dat (nog) niet bestaat?
Daarbij is "ontspullen" een duidelijke, scherpe omschrijving van een activiteit die we allemaal kennen en herkennen.
De redactie van Van Dale legt het volk drie "leuke" woorden voor waaruit het mag kiezen en gaat zo mee in de waan van de dag....


Gelukkig geen Witte Kerst dit jaar.
Ik ben die kleurendiscussies een beetje beu....

Ik wens u allen liefdevolle Kerstdagen toe!




zondag 14 december 2014

Ontspullen


Een mens kan in zijn leven wat troep verzamelen!
Ik ben er ook zo een.
Zo van "zonde om weg te gooien" of "je weet maar nooit".
En als je, net als ik, redelijk chaotisch bent en de zaken niet systematisch ordent, dan zorgt dat regelmatig voor vertwijfeling.
Ja, dat moet ik ergens hebben..... Maar waar....?
Op zoek naar het gewenste kom je dan van alles tegen.
Ooit gekregen cadeautjes waar je geen raad mee weet, in een opwelling gekochte gadgets die in de praktijk volkomen nutteloos bleken.
En in plaats van deze spulletjes direct in de grijze bak te dumpen, leg je ze terug.
Om ze anderhalf jaar later weer te ontmoeten.
Want zo maar weggooien, dat doe je niet....
Zo slibt je huis en je leven langzaam vol.

In een uitzending van "Man Bijt Hond" kwam deze week Jelle Derckx langs, een jonge man die werd omschreven als "minimalist".
Hij vertelde dat hij ooit ruim 4000 "spullen" had en nu nog 144.
Hij streeft er naar om dit terug te brengen tot 99.
Ontspullen.
Wat een prachtig woord.....!
Al googelend (sinds 2003 een goed Nederlands werkwoord) kwam ik er achter dat dit woord al langer in zwang is.
Maar "ontspullen" lijkt vooral de laatste tijd een echte hype te worden, gezien de opkomst van allerlei weggeef-sites.

Ik moest gelijk denken aan een lieve vriendin die de laatste tijd op de site "Ik zoek/ik ruil/ik geef weg Kaag en Braassem" zeer actief is.
Zij biedt werkelijk van alles aan, in ruil voor chocolade of ander snoepgoed.
Ik heb al eens voorzichtig geïnformeerd of het langzamerhand niet erg leeg wordt in haar huisje.
Voorts maak ik mij ernstig zorgen over haar gewicht.
Onvermijdelijk dringt de vraag zich op, of zij van allerlei meuk af wil, of dat een dwangmatige snoeplust haar verleidt tot deze transacties.
Maar niet alleen zij lijdt aan dit ontspullen-virus.
Op bovengenoemde site wordt door ruim 2000 leden werkelijk de duvel en zijn ouwe moer aangeboden.
Ook ik heb al een keer dankbaar gebruik gemaakt van deze site.
Nee, niet om iets aan te bieden.
Ik was op zoek naar een hamsterkooitje.
Binnen de kortste keren had ik keus uit acht kooien!
Naast alle serieus bedoelde aanbiedingen, kom je zo af en toe ook prachtige vondsten tegen (dank je wel, Michelle van Klink), zoals deze:


Met de komst van het internet is het elke dag rommelmarkt.
Dè ontmoetingsplek voor verzamelaars en ontspullers.
Niet langer zien wij ons genoodzaakt af te reizen naar Waterloo-plein of Beverwijk of moeten we wachten tot Koningsdag om van onze troep af te komen of op zoek te gaan naar, voor ons, waardevolle spullen of "hebbedingetjes".
Toch zal die gezellige rommelmarkt nooit verdwijnen.
Want is het niet heerlijk om langs al die kraampjes te struinen op zoek naar echt waardevolle zaken die voor een schijntje worden aangeboden.
Maar ook om de verkopers meelijwekkend, edoch bemoedigend toe te knikken omdat je zo goed begrijpt dat ze van de door hen uitgestalde rotzooi af willen.
Het vergt toch een zekere schaamteloosheid om alle meuk die je tijdens je leven hebt vergaard voor het oog van de wereld tentoon te stellen.....

In deze tijd van crisis worden mensen soms gedwongen tot ontspullen......





zaterdag 6 december 2014

Een lekker kontje


Al eerder maakte ik melding van het feit, dat een titel de lezer behoorlijk op het verkeerde been kan zetten.
Het bovenstaande zal bij menigeen direct gezien worden als een seksistische opmerking.
In dit geval ten onrechte.
Ik spreek hier over het eerste plakje dat van een cake wordt afgesneden en dat met recht een "lekker kontje" genoemd mag worden (mits de cake fijn van structuur en niet te nat of te droog is).
Zo kan ik mij ook nog goed herinneren dat mijn moeder een vers bruin brood aansneed en mij het kontje toeschoof, belegd met dik boter en suiker. Ook hier was sprake van een "lekker kontje".
Ik weet, dat men in gegoede kringen liever spreekt van een "kapje" om dit deel van cake of brood te omschrijven, omdat het woord "kont" of "kontje" onbetamelijk wordt geacht, maar bij ons thuis (geen aristocratische omgeving maar een gewoon, eerlijk arbeidersmilieu) spraken wij gewoon over een kontje, zonder enige associatie met het lichaamsdeel dat ook wel met dit woord wordt aangeduid.
Bij het zien van een man in livrei die de gasten van een 5-sterren hotel verwelkomt, denk je ook niet aan een autodeur. Toch?
Sommige woorden hebben nu eenmaal meerdere betekenissen en dat kan af en toe leiden tot verwarring.
Indien deze woorden niet in een bredere context geplaatst zijn, wordt het gissen naar wat bedoeld wordt. De menselijke geest heeft dan vaak de neiging om te kiezen voor de meest tot de verbeelding sprekende betekenis.
Ook ik moet eerlijkheidshalve toegeven dat ik bij het woord "kontje" niet in eerste instantie denk aan etenswaar......

Gedegen bronnenonderzoek mijnerzijds leerde mij, dat het woord "kont" door velen gezien wordt als een dysfemisme, een stijlfiguur waarbij iets kwetsender, grover, viezer en/of aanstootgevender wordt voorgesteld dan het in werkelijkheid is.
Persoonlijk vind ik dat aanstootgevende nogal meevallen, zeker bij gebruik van het verkleinwoordje.
Een fors uitgevallen bilpartij omschrijven als "dikke reet" vind ik meer in deze categorie vallen.
"Billen", "zitvlak" en "achterwerk of achterste" lijken de minst omstreden woorden om het betreffende lichaamsdeel te duiden.
Toch is er nog een breed scala van andere woorden voorhanden om dit deel van ons lichaam te benoemen.
Een groot aantal daarvan, zoals reet, gat, aars, krent, hol, poeper, hammen, batterij en toges zijn duidelijke dysfemismen, terwijl benamingen als bips en derrière als veel beschaafder worden beschouwd.
Het tegenovergestelde van een dysfemisme is het eufemisme, een stijlfiguur om iets mooier of vriendelijker te omschrijven.
Zo hoorde ik ooit in een film een forse dame haar niet geringe achterwerk omschrijven als "mijn kussentjes".
Eufemistischer heb ik het nooit gehoord.

Als het woord "kont" al een negatieve lading zou hebben, dan kan het, in combinatie met andere woorden, qua klank, tot de meest schunnige woorden leiden (althans, dat maakt onze geest er van).
Zo wordt in de plantkunde een onschuldig plantje, met specifieke kenmerken, een "pleuro-heterokont" genoemd.
Nou, als je dat als scheldwoord naar je hoofd geslingerd krijgt, sta je toch wel even naar adem te happen. Toch?

De aanleiding tot dit betoog vindt zijn oorsprong in een WhatsApp discussie waarin ik deze week verzeild raakte.
Wij Komen Tezamen, het is immers bijna Kerstmis.
Via de groeps-WhatsApp beloofde een van mijn schoondochters direct een overheerlijke cake te bakken, in de vorm van een kerstboom.
Direct ontspon zich tussen de dames (de heren hielden zich wijselijk afzijdig) een discussie over wie het "kontje" zou krijgen.
Nu weet ik dat elke zichzelf respecterende cake, net als elk brood, in het bezit is van zelfs twéé kontjes.
Maar bij een kerstboomcake? Ik kon mij er geen voorstelling van maken.
Ik heb mij nog even in het gesprek gemengd met de vraag of een kerstboom wel een kontje heeft.
Een kerstboom heeft ballen, een kruis en een piek.
Maar een kontje?
Enfin, om een lang verhaal kort te maken, tijdens de discussie tussen de dames kwam al snel de andere betekenis van het betreffende woord om de hoek kijken en zo ontaardde het geheel onafwendbaar in een vergelijkend warenonderzoek betreffende elkaars derrière.
Ik zal u de details besparen.


Tenslotte heb ik hen voorgesteld om maar iets te bakken als op onderstaande foto.
Linksom of rechtsom: een lekker kontje!