zondag 3 juli 2016

Geen verstand van auto's


U brengt uw auto naar de garage.
Voor een grote beurt, omdat u een rare tik hoort of omdat er een lampje op het dashboard brandt, of om wat voor reden dan ook.
De monteur duikt onder de motorkap en mompelt wat.
Hij roept er een collega bij en samen bespreken ze hoe het geconstateerde euvel verholpen moet worden.
Ze zijn het duidelijk niet met elkaar eens.
Er wordt een derde man bijgeroepen.
Die verwerpt hun suggesties en draagt een andere oplossing aan.
Het geheel ontaardt in een verhitte discussie.
Tenslotte komen ze gedrieën naar u toe met de vraag:
"Wat denkt ù er van?"

Wat is uw antwoord?
Waarschijnlijk hetzelfde antwoord dat ik (en velen met mij) zou geven.
"Wat ik er van vind? Ik heb geen verstand van auto's. Dààrom breng ik hem ook naar jullie.
Jùllie hebben er voor gestudeerd, toch? Jullie beweren de beste garage te zijn en ik verwacht dan ook dat jullie doen wat nodig en verstandig is. Val mij niet lastig met onzinnige vragen waarvan jullie weten dat ik het antwoord niet heb."

Ik denk niet dat bovenomschreven situatie zich snel zal voordoen.
Natuurlijk niet.
Kom op zeg, gebruik je verstand!
En toch schijnen velen het doodnormaal te vinden dat regeringen de bevolking dit soort vragen voorleggen.
Het referendum.
Volgens sommigen het ultieme democratische instrument.
Volgens mij een groot gevaar voor de democratie als het te pas en te onpas wordt ingezet.
Een van de beste manieren om de kwaliteit van de besluitvorming te slopen.

Elke vier jaar mogen we naar de stembus om onze vertegenwoordigers in het parlement te kiezen, die het doen en laten van de regering moeten toetsen.
17 miljoen Nederlanders, terug gebracht tot 150 kamerleden.
Dat de verscheidenheid in denkwijze van die 17 miljoen over hoe Nederland bestuurd moet worden terug te vinden is in die 150 parlementsleden, laat zich raden.
Natuurlijk is er verschil van mening en moet er, om íets te bereiken, water bij de wijn gedaan worden, moeten compromissen gesloten worden.
Zelden tot volle tevredenheid van de individuele kiezer.
Toch ligt in het compromis de kracht van de democratie: elk krijgt een beetje zijn zin. Niet het recht van de sterkste is alleen leidinggevend, er is ook ruimte voor de ideeën en wensen van minderheden.
En dat is volgens mij een goede zaak.
Als deze 150 mensen na bestudering van alle ins en outs en urenlang oeverloos discussiëren met grote meerderheid besluiten dat een associatieverdrag met Oekraïne een goede zaak is, wie ben ik dan om "nee" te durven zeggen als via een referendum om mijn mening wordt gevraagd?
(zie: de mug en de olifant)
Waar is mijn afwijzing op gebaseerd? Heb ik de kennis om een gefundeerd oordeel te kunnen vellen?
Toch denkt een meerderheid van de opgekomen kiezers dat zij "nee" moeten zeggen.
Zo wordt het oordeel van het door henzelf, democratisch gekozen parlement aan de kant geschoven en het democratisch proces gefrustreerd en uitgehold.
Welke slagkracht hebben regering en parlement nog als elke door hen genomen beslissing per referendum kan worden teruggedraaid?
Van beleid op lange termijn zal geen sprake meer zijn en het bestuur van het land zal verzanden in ad hoc beslissingen.

Een mooi voorbeeld van de negatieve invloed van referenda geeft Fareed Zakaria in zijn boek "De Toekomst van de Vrijheid"
     Het begon allemaal met Proposition 13 in Californië in 1978. Het was een referendum om de
     belastingdruk bij wet te beperken tot een bepaald maximum. Het leidde tot een lawine aan 
     referenda waardoor de overheid minder speelruimte kreeg. De resultaten zien we nu:
     stroomonderbrekingen, niet onderhouden snelwegen, een instortend onderwijssysteem, en twintig
     bijkomende openbare gevangenissen. Elk referendum verplichtte de overheid om steeds minder  
     geld uit te geven en toch een betere dienstverlening te garanderen. De verkozenen van het volk
     wezen elke verantwoordelijkheid af en lobbygroepen kregen steeds meer speelruimte.
                                                                                                      (Uit: Recensie door Dirk Verhofstadt)

Dichter bij huis kennen we de volksraadpleging welke werd gehouden in België op 12 maart 1950 over de Koningskwestie (het al of niet terugkeren van Leopold III als koning der Belgen), die bijna leidde tot een burgeroorlog en Vlaanderen en Wallonië verder uiteen dreef. De gevolgen van dit onderlinge wantrouwen zijn tot op de dag van vandaag nog merkbaar.
Jammer dat de Belgen het bij het EK Voetbal lieten liggen tegen de Welshmen en werden uitgeschakeld.
De titel had de verstandhouding tussen Walen en Vlamingen zoveel goed kunnen doen.

En dan het Verenigd Koninkrijk na het referendum over de Brexit.
Een verscheurd land, waar Schotland en Noord-Ierland zich af willen scheiden, waar Wales uitbundig juicht bij de uitschakeling van Engeland door IJsland.
Lekker "Verenigd" Koninkrijk.
Je vraagt je af: Hoe lang nog?
Hoe dat daar gaat aflopen?
Ik hou mijn hart vast......

Boris Johnson trekt zijn keutel in.
Hij stelt zich toch maar niet beschikbaar voor het premierschap van het UK.
Waarschijnlijk geschrokken van de complete chaos die het door hem zo fanatiek verdedigde Brexit referendum in het Verenigd Koninkrijk heeft veroorzaakt.
Dat krijg je, als je het volk een vraag voorlegt over een veel te complexe materie en waarvan je op voorhand kunt weten dat zij onmachtig is om deze vraag te beantwoorden met een gefundeerd ja of nee.
En nu weglopen voor je verantwoordelijkheid? Schijthuis!


Of ik een blauwe of een rode auto wil?
Kijk, dat is een vraag waar ik antwoord op kan geven!
Maar kom mij niet vragen of de distributieketting, de koppakking of de remschijven vervangen moeten worden....
Soms moet je gewoon vertrouwen op de mensen die je gekozen hebt om voor jou de beslissingen te nemen.
Ja, natuurlijk word je dan wel eens teleurgesteld. Maar wat is het alternatief?
De volgende keer maar naar een andere garage gaan.
Op een ander stemmen.
Accepteer gewoon dat je geen verstand van auto's hebt.....





1 opmerking: