Geboortegrond
Ik ben geboren in 1950 in Roelofarendsveen.
In een klein huisje op de wurft achter het winkeltje van Jaap Wijsman, de melkboer van het dorp.
Achter het winkeltje stond een blok van een drietal huisjes, bewoond door de families Otten, De Krijger en De Jong.
Dwars daarop stond nog een blok van twee huisjes. Het een bewoond door de familie Sanders, het andere door ons.
Huur: fl 2,50 per week.
In de naast gelegen sloot lag de woonark van de familie Van Klink en aan de overkant van de sloot woonde de familie Akerboom, waar ik altijd "toevallig" aan het logeren was als er weer een kindje geboren werd.
Het moet een piepklein huisje geweest zijn, al heb ik dat als kind nooit zo ervaren. Afgaande op het feit dat één wand in beslag werd genomen door drie deuren (twee kasten en een dubbele deur naar het washok), zal de "huiskamer" niet veel groter geweest zijn dan 4 bij 4 meter.
In de tegenover liggende wand twee raampjes die uitkeken op de bleek (met kippenhok) waarop mijn moeder jarenlang de gewassen luiers uitlegde om in het zonnetje te bleken.
Op de vloer lag zeil, een voorloper van het huidige vinyl en linoleum. Het was slechts een paar millimeter dik en ik weet nog dat je er erg makkelijk stukjes van af kon breken. Mijn ontdekkingstocht in de wereld werd op dit punt niet erg door mijn moeder gewaardeerd.
In de kamer een tafel met stoelen, een potkacheltje, een dressoir, een theemeubel en het "inklap" bed van pa en moe.
Overdag deed dit dienst als een soort zitbank. 's Avonds werd de tafel aan de kant geschoven en het ondergeschoven bed uitgezet, zodat mijn ouders een plekje hadden om te slapen.
Dat zij niet alleen van hun welverdiende rust genoten mag blijken uit het feit dat in vlot tempo een zevental kinderen werd geboren. Ik was de derde in het rijtje.
Wij kinderen sliepen onder het schuine dak op de zolder. Daar stonden op het laatst 2 tweepersoonsbedden en twee ledikantjes opeengepakt.
De zolder werd bereikt via een houten trap vanuit de "keuken". Dit was een ruimte naast de woonkamer van misschien 2,5 bij 5,5 meter. Hier was ook de enige toegangsdeur tot het huis: de voor- en tevens achterdeur.
In de keuken stond een tafel met daarop twee oliestellen, waarop gekookt werd. Ook werd op deze tafel de afwas gedaan. Moeder schilde er de aardappelen en maakte er de groenten schoon.
Soms mocht ik helpen: bonen in de snijbonenmolen steken.
Zeker in die Veense jaren kweekte mijn vader op zijn land ook groenten "voor eigen eet": kroten (rode bieten), wortelen (peen), prinsenbonen, snijbonen en: bruine bonen.
Zo noemden wij ze tenminste.
Eigenlijk waren het kievits- of grauwe erwtenbonen, vandaag de dag een zeldzame delicatesse. Wij kregen ze als kinderen strijk-en-zet elke vrijdag op ons bordje, tot ze onze neus uitkwamen.
Toen wij later op TV geconfronteerd werden met de serie "Bartje", begrepen wij het menneke wel.
Hij had zo maar als broertje bij ons aan tafel kunnen zitten.
In de keuken was ook "de kraan".
Uit de cementen vloer kwam langs de muur een pijpje omhoog met op een hoogte van zo'n 60 cm het kraantje.
Met een zinken emmer eronder om het verspilde water op te vangen, want een afvoer was er niet.
Als de emmer vol raakte moest deze geleegd worden in de sloot die gelukkig maar een meter of 15 van het huis verwijderd was.
Het kraantje verschafte het water voor het koken van het eten, de afwas, de kledingwas en ook voor "de reiniging" van het lichaam.
Daar het waswater op de oliestellen opgewarmd moest worden, werd volstaan met één grondige wasbeurt per week. Dat moest genoeg zijn. Één keer in de week biechten was immers ook genoeg als geestelijke reiniging.
Om de beurt werden wij op zaterdagmiddag in de zinken teil door moeder stevig afgeschrobd.
In hetzelfde water. Af en toe een scheutje warm water erbij.
Gedurende de rest van de week werd 's morgens een koud, nat washandje over je toet voldoende geacht.
Ik kan mij nog herinneren dat mijn moeder een "wasmachine" kreeg. Een ronde houten kuip met daaronder een elektromotor die een halve bol met opstaande ribben in de kuip deed draaien en zo water en was in beweging bracht. Op de rand van de kuip was een wringer bevestigd om het meeste water uit de gewassen kleding te persen.
Het feit dat ik deze herinnering heb, betekent dat er toen toch al zo'n 5 à 6 kinderen geweest moeten zijn en dat mijn moeder vóór die tijd alles met de hand moet hebben gedaan.
Niet veel later werd ook een dompelaar, een vernuftig elektrisch apparaat om het waswater te verhitten, aangeschaft, zodat ook het geklooi met pannen water op de oliestellen tot het verleden behoorde. Wat moet mijn moeder toen gelukkig geweest zijn!
Toen ik een jaar of 8 was, werd in De Veen een heus badhuis gebouwd, waar je tegen betaling van een kwartje een (soms) warme douche kon nemen.
Aangezien mijn vader en moeder ons blijkbaar toch wat te groot voor de teil vonden worden, mochten wij voortaan op zaterdag gedrieën naar het badhuis, waar wij geacht werden ons net zo grondig te wassen zoals moeder altijd deed. Dat lukte niet altijd. Soms stond je net lekker ingezeept en dan hield de waterstraal het voor gezien. Er volgde een roffel op de deur met de mededeling dat je tijd om was.
Op een mooie nazomeravond in 1959 fietsten mijn twee oudste broers, met mij bij de oudste achter op het rekkie, naar Rijpwetering, waar mijn vader en moeder de hele dag bezig waren geweest met het inrichten van "ons nieuwe huis", een nieuwbouwwoning aan de Binnenweg.
Een kasteel was het. Met zòveel kamers! Met een verdieping en daarboven ook nog eens een grote zolder! Je zou er zo maar kunnen verdwalen.......
Wat zouden we daar goed verstoppertje kunnen spelen!
Een heuse badkamer was er ook, met douche!
Een keuken met aanrecht en een geiser! Een apparaat met twee knoppen; als je aan de knop met het rode rondje draaide deed hij "woesjjj!", door een klein gaatje zag je blauwe vlammen branden en uit de kraan kwam warm water!!!!
Wonder van techniek.
Een cultuurschok.......
Nostalgie heh.......geweldig hoor ! Kunst om die sfeer weer op te roepen ! Chapeau !
BeantwoordenVerwijderenWordt vervolgd???? Jaaa!!! Gr Rimke
BeantwoordenVerwijderenHet is natuurlijk een paardemerakel om m'n vader (zaliger) op zijn transportfiets (hij was grootgrutter in de Veen) jouw blog te zien infietsen. Geweldig geslaagd tijdsbeeld deze blog.
BeantwoordenVerwijderenPieter van Ruiten
Super piet,er komt weer veel naar boven van vroeger. Spelen tussen het oude ijzer van Kobus de Krijger . Wat is het leuk om ons oude huis weer te zien.Het huis links achter en dan alleen boven , woonde wij .Gr.Peter
BeantwoordenVerwijderenOok bij mij komen er herinneringen op als ik jouw verhaal lees.
BeantwoordenVerwijderenIk kwam wel eens bij de familie de Jong en als ik mij niet vergis was dat in het laatste huis. Het badhuis ook daar heb ik regelmatig een douche genomen. Mooi verhaal.
Gr. Leo Koek zoon van Thomas Koek