zondag 29 januari 2012

Patatje walrus


Het is eind januari.
Tijd om de eerste rekening op te maken.
Hoe is het u vergaan met uw goede voornemens?
Ik maak ze gewoon elke dag opnieuw.
Dat houdt een mens scherp.
Afvallen staat bij mij niet op het menu.
Al zouden er best een paar kilootjes af mogen.
Nee, een copieuze maaltijd, vergezeld van een goed glas wijn ga ik niet uit de weg. Daar kan ik ontzettend van genieten.
En, met de huidige economische crisis denk ik wel eens: Het kan nu nog.
Misschien helemaal niet verkeerd om een beetje vet op de botten te kweken.

De ouderen onder ons kennen de verhalen van hun ouders over het eten van tulpenbollen en suikerbieten gedurende de oorlogsjaren. De preek dat men daar in de oorlog een moord voor zou doen, als je weer zat te klieken voor je bordje bruine bonen.
Ze hadden mijn bordje zo gemogen.
Het maken van dergelijke bijdehante opmerkingen zou echter niet geapprecieerd worden, dat wist ik, dus ik hield wijselijk mijn mond.
In de 60-er, 70-er jaren kwam de welvaart langzaam op gang om in een steeds hogere versnelling door te denderen.
Met af en toe een dipje.
Binnen de kortste keren leefden we in een wereld van overvloed.
Nou ja, in onze Westerse wereld dan.
Maar daarmee deed ook de onwelvaart zijn intrede: zwaarlijvigheid.
Dit leidde tot ongekende mogelijkheden op de arbeidsmarkt.
Diëtisten en gezondheidsgoeroes schoten als paddestoelen uit de grond.
Atkins, Bakker... Het hele alfabet is ongetwijfeld aan te vullen.
En met de zwaarlijvigheid ontstond een nieuwe aandoening. Anorexia.
Werkgelegenheid voor psychiaters en psychologen.
Nu wil ik zeker niet de draak steken met Obesitas en Anorexia. Mensen die daar aan lijden hebben wel degelijk een serieus probleem, waarvan de oorzaak niet perse bij henzelf ligt. Aanleg tot zwaarlijvigheid en psychisch moeilijke omstandigheden zijn tenslotte geen eigen keuzes.
Maar er zijn ook mensen die problemen hebben die er niet zijn.
Ze zijn geobsedeerd door hun gewicht, zijn heel de dag bezig met hun "lijn", terwijl ze bij windkracht 7 niet eens buiten mogen komen.
Oké, je mag best wat aandacht geven aan je uiterlijk. Het oog wil ook wat, niet waar?
Gewoon een beetje uitkijken met wat je eet en drinkt.
Beetje sporten kan geen kwaad. Maar doe het gewoon omdat je het leuk vindt.
En accepteer gewoon dat de zwaartekracht, naarmate je ouder wordt, wat meer vat op je krijgt.
Ik hou van slank, maar een beetje mollig vind ik echt niet erg.
Ja, echt te dik.... dat is mij ook een berg te hoog.
Ik zal nooit vergeten dat ik een keer op het strand van Noordwijk een geweldige ervaring dacht te hebben toen ik aan de vloedlijn een aangespoelde witte walrus dacht te ontwaren. Ik sprintte er naar toe, maar hield op 20 meter afstand mijn pas in, mijn vergissing inziend.
Ik had een excuus, ik had mijn bril niet op.
Trouwens, over walrussen gesproken, wie beweert er dat je van zwemmen slank wordt?

Voor allen die wat moeite hebben om de wijzer op hun weegschaal uit het rood te houden heb ik echter een troostende opmerking, een hart onder de riem.
Deze werd mij aangereikt door een oud collega tijdens de "Nieuwjaarsborrel" van mijn laatste werkgever, ergens halverwege januari gehouden.
Drank, toastjes paling en bittergarnituur vonden al weer gretig aftrek waaruit ik concludeerde dat menigeen het pad der goede voornemens reeds verlaten had.
Toen aan ons tafeltje de leeftijd ter sprake kwam, biechtte deze vrouwelijke collega op dat ze 61 was.
Zij is een positief mens met Bruegeliaanse vormen, eerlijk bovendien, zodat ik aan haar woorden niet twijfel.

Een andere collega plaatste (volkomen terecht) de opmerking dat haar dat niet was aan te zien, waarop zij antwoordde, onderwijl een bitterballetje weghappend, dat het een kwestie is van het hebben van voldoende onderhuids vet. 
Dat houdt de rimpels weg. 
Zo'n opmerking plaatst het onderwerp toch meteen in een heel ander licht, nietwaar?
Ze likte keurig de vingers af.
Wij namen gretig van de schaal.
Om onze opkomende rimpels weg te werken.


Lijkt me te prefereren boven een Botox behandeling, toch?

zondag 22 januari 2012

De Verschrikkelijke Sneeuwman



Het is weer een winter van niks.
Bent u vast met me eens.
Niet dat we nou op de narigheid van gladde wegen zitten te wachten, maar wat mooi vriezend weer en een weekje schaatsen...
Zou mooi zijn toch?
Of een goed, dik pak sneeuw! Sneeuwpoppen maken, sneeuwballen gooien, sleetje rijden!
Zo'n prachtige witte wereld....

Ik vertelde mijn kinderen vroeger dat ik het kon laten sneeuwen.
Nu is sneeuw natuurlijk het mooiste weerbeeld voor een opgroeiend kind, dus dat geloof was snel tot stand gebracht.
Door tijdens de wintermaanden goed het weerbericht en de lucht in de gaten te houden kon ik meestal ongestraft mijn kinderen blij maken met de vraag: "Jongens, zal pappa het vandaag eens laten sneeuwen?"
Na een uitbundig: "Jaaa!" drukten zij hun neusjes tegen de ruiten.
Ik geef het toe. Het gaf een machtig, euforisch gevoel als dan de eerste vlokken vielen en mijn kinderen zich met open monden tot mij wendden en ik in hun grote ogen de bewondering zag voor dit staaltje pure magie.
Ik heb dit heel lang vol kunnen houden.
Maar zo'n illusie zo lang in stand houden kent ook zijn gevaren.
Ik was onderwijzer in de 4e klas (tegenwoordig groep 6) en had mijn oudste zoon in de klas.
Het was half december en 's nachts was de eerste sneeuw gevallen.
Mijn zoon maakte toen de grote vergissing ons familiegeheim te delen met zijn klasgenoten: "Dat heeft mijn vader gedaan."
U begrijpt het, hoongelach viel hem ten deel.
Bij het binnenkomen van het lokaal zag ik het al. Er was iets mis.
Dikke tranen rolden over zijn wangen, terwijl de andere kinderen gniffelend hun plekje innamen.
Op mijn vraag wat er aan de hand was, volgde het hele relaas.
Ik had die dag gelukkig de voorzienigheid aan mijn zijde: ik kende de weerberichten en had bij aankomst bij school reeds de loodgrijze lucht in het westen gezien.
Dus zei ik, met alle zekerheid en autoriteit die in mij was tot de grinnikende groep:
"Ja. Ja, inderdaad, ik kan het laten sneeuwen."
Na een moment van doodse stilte brak een kakofonie uit van lachen, roepen en geschreeuw.
Na de bende enigszins stil te hebben gekregen, beloofde ik hen (met de vingers gekruist op mijn rug) dat, als ze deze ochtend goed hun best zouden doen en rustig zouden werken, ik het dan in de pauze zou laten sneeuwen.
U zult het begrijpen, deze voorwaarde was mijn ontsnappingsclausule. Het was immers aan mij om hun ijver en inzet te beoordelen.
Ongelovig en met een grijns gingen ze aan het werk, maar.... de twijfel was gezaaid!
Die ochtend heb ik menig schietgebedje gedaan, vooral omdat de kindertjes super braaf en bijzonder gedreven met hun werk bezig waren. Ik heb dan ook een volwaardige lofzang tot de Heer naar boven gezonden toen rond een uur of 10 de eerste vlokken vielen. Een kwartiertje later, het begin van het speelkwartier, vielen grote vlokken in een dicht gordijn en bedekten de aarde onder een witte wollen deken.
Dertig paar kinderogen staarden mij vol ongeloof en verbazing aan.
Alsof ze oog in oog stonden met de Verschrikkelijke Sneeuwman.
Mijn zoon zat, een kop groter dan normaal, borst vooruit en een grijns van oor tot oor, met een triomfantelijke blik om zich heen te kijken. Een blik die zei: "Zie je wel? Ik heb het toch gezegd?"
Een tafereel dat ik nooit vergeten zal.

Ach, iedere ouder houdt zijn kind wel eens voor de gek.
Ik dus ook.
Sommige leugentjes liggen zelfs diep verankerd in onze cultuur.
Rode kool en ooievaar hebben misschien afgedaan, maar over Sinterklaas, de tandenfee, de Kerstman en de Paashaas wordt nog steeds door de meeste ouders met passie gesproken tegenover hun jonge kroost.
Meestal vinden we het jammer dat we onze kinderen op zeker moment deze illusies moeten ontnemen, omdat ze niet langer vol te houden zijn. Als ze vragen gaan stellen, waarop we geen geloofwaardig antwoord meer weten.
We hebben het idee, dat onze kinderen wat van hun onschuld verliezen als ze niet langer geloven in deze mythische kindervrienden.
Sommige mensen denken dat het schadelijk is om kinderen, in hun eerste levensjaren, zo voor het lapje te houden.
Ik geloof daar niet in.
Kinderen ruilen hun geloof in de Paashaas net zo makkelijk in voor het geloof in een carrière als brandweerman, als politieagent of als superspits bij Barcelona.
En als ze ouder worden en ook deze illusie verdampt, vinden ze als jong volwassenen nieuw geloof: een goed betaalde baan, een eigen huis met zwembad, het winnen van de Staatsloterij.
Waarom?
Omdat een mens illusies nodig heeft om te groeien.
Laat daarom je illusies niet afnemen door de een of andere betweter die zegt dat iets niet kan, niet bestaat.
Blijf geloven.


Ik laat het echt nog wel een keer sneeuwen....

zondag 15 januari 2012

waarbenjij.nu


Fantastische site.
Een aantal jaren geleden volgde ik via dit medium mijn zoon die backpackend voor een jaar naar de andere kant van de wereld was getrokken om daar schapen te castreren en mango's te plukken. Het was soms verontrustend, maar meestal prettig om zijn reisverslagen te lezen.
Sinds november volg ik de belevenissen van mijn nichtje die voor een half jaar naar Tanzania is vertrokken om te werken op een schooltje aldaar. Zo wordt het thuisfront op de hoogte gehouden van haar belevenissen, leuke en minder leuke, en haar worstelen met het Swahili.
Op 2 januari is een ander nichtje uitgevlogen naar Argentinië, om aan haar Spaans te werken en ook haar wel en wee zal ik via deze site kunnen volgen.
De jeugd van vandaag geeft een afscheidsfeestje en zwerft dan uit naar de uithoeken van de wereld.
Natuurlijk kun je tomaten gaan plukken in het Westland of een cursus Spaans volgen via de LOI.
Maar dat was in mijn tijd.
De verleden tijd.
Het is goed en prijzenswaardig dat jongeren in contact willen komen met andere culturen. Zo zullen ze de wereld beter leren kennen en misschien in staat zijn om die wereld een beetje beter te maken.
En het is fantastisch dat ze hun ervaringen met ons kunnen en willen delen.

waarbenjij.nu
Onder de tab "reizigers" kun je een naam invullen om te zien of andere bekenden, waarvan je weet dat ze een verre reis hebben ondernomen, misschien ook een reisverslag bijhouden.
Ik heb al je namen geprobeerd.
Ik heb je niet gevonden.
Het zou mij en anderen, die jou dierbaar zijn, zoveel verlichting brengen om zo af en toe iets van je te horen.
Er is zoveel te vertellen. Er is zoveel gebeurd het afgelopen jaar.
Maar waar jij bent hebben ze blijkbaar geen internet. Je zou er zeker gebruik van maken.
Trouwens, misschien weet je alles al, omdat ze daar een veel geavanceerder systeem hebben.
Maar dat is dan wel een one-way-system.
Een jaar geleden ben jij plotseling op reis gegaan.
Er was geen tijd voor een afscheidsfeestje.
Er was geen tijd om onuitgesproken zaken uit te spreken.
Een soort Last Minute.
Je had hem niet eens zelf geboekt.

Ieder van ons zal een keer, of hij wil of niet, voor de balie van dit reisbureau staan.
Niet aangesloten bij de ANVR.
Is ook niet nodig. Annuleringsverzekering? Nee, deze reis gaat altijd door.
Ook als het jou eigenlijk niet uitkomt.
Dit bureau heeft haar eigen stringente regels.
De bestemming wordt niet prijsgegeven, het tijdstip van vertrek evenmin.
Alleen maar enkele reizen. Retourtjes worden niet verstrekt.
Klagen helpt niet; er is geen klachtencommissie tot wie je je kunt wenden.
Misschien krijg je de tijd voor een afscheidsfeestje.
Misschien krijg je de tijd om onuitgesproken zaken uit te spreken.
Maar het kan ook zo maar een Last Minute zijn.


U kent ongetwijfeld deze tegeltjeswijsheid. Zou zo maar bij u in de gang kunnen hangen.
Oubollig misschien, maar daarom niet minder treffend.
Ik besef meer dan ooit dat ik harmonie moet vinden met de mensen die dicht bij me staan.
Onuitgesproken zaken uitspreken. Zal soms best moeilijk zijn, maar ik ga het wel proberen.
Je moet er toch niet aan denken dat Bert van Leeuwen plotseling bij je aanbelt.

Goede voornemens maken zit niet vast gebakken aan de eerste dag van het nieuwe jaar.
Dat mag elke dag.
Ik moet zorgen dat elke avond, voor ik slapen ga, mijn bordje leeg is.
Voor het geval dat.

Een schoon geweten is belangrijker dan een schone onderbroek.


zondag 8 januari 2012

Hoe-langer-hoe-liever



Zo’n titel doet denken aan vakanties, aan kaneelstokken en veterdrop. Bij sommige dames veroorzaakt hij misschien een blos op de wangen en tulpenbroeiers hebben ongetwijfeld weer een andere associatie.
Hoe-langer-hoe-liever is een van de vele namen van een heel ouderwets plantje: de Saxifraga, uit de familie van de steenbreekachtigen.
Steenbreek, menistenzusje, avondsbloem, porseleinbloempje zijn andere namen waaronder het plantje bekend is.
U vraagt zich misschien af: vanwaar deze botanische overweging?
Het plantje kent nog een andere naam: schildersverdriet.
Wie zich enigszins verdiept in de namen die de eenvoudige landman aan de kruiden op zijn akkers toedicht, staat al snel versteld van de humor, de prachtige woordspelingen en treffende omschrijvingen. Wat dacht u van: Kale Jonker, Oude Wijfjes, Hanepoot, Brandende Liefde, Kardinaalsmuts en Juffertje-in-‘t-groen.
Schildersverdriet.
Ooit heeft iemand mij verteld waarom dit plantje deze prachtige naam zou dragen en dat is mij altijd bij gebleven: geen schilder is in staat om de ragfijne wit-roze bloempjes van dit plantje met penseel en verf weer te geven. Vandaar: schildersverdriet.
Ik vond dit een mooi verhaal…, mooi genoeg om mijn blog naar te vernoemen.
Alleen daarom.
Want ik geloof niet zo in schildersverdriet.
Iemand die zijn uiterste best doet om iets moois te maken, hoeft nooit verdrietig te zijn. Tevredenheid met hetgeen je bereikt hebt is het omploegen en bemesten van de akker waarop je volgende creatie zal bloeien. Het stelt je in staat om opnieuw te beginnen en, lerend van je ervaringen en zo je vaardigheden aanscherpend, ben je in staat om een hoger niveau te bereiken.
Te veel mensen verwachten van zichzelf bij de aanschaf van een schilderskit direct een Nachtwacht neer te penselen en hoevelen zijn er niet begonnen aan het bespelen van de piano met de gedachte: Wat Wibi kan, kan ik ook. Misschien..., maar dan hadden ze na die twee weken proberen wel door moeten zetten…
Teleurgesteld wordt de hobby aan de kant gegooid en niet meer aangekeken met een binnensmonds gemompeld "ik leer het toch nooit".
Nee, met die houding zal het inderdaad nooit lukken...
En zo past die andere naam misschien veel beter: Steenbreek.
De naam zegt het al: door volharding weet dit plantje met zijn wortels uiteindelijk rotsen te splijten, bergen te slechten. 

Mooie gezegden en uitdrukkingen kent de Nederlandse Taal toch...
De aanhouder wint
Een lange adem hebben
Oefening baart kunst
Maar het mooiste citaat dat ik heb gevonden, heb ik voor u op een tegeltje gezet:



Sluiten we toch nog een beetje botanisch af...

dinsdag 3 januari 2012

Prisma op een stronthoop


In mijn herinnering luisterde mijn vader op Oudejaarsavond altijd naar de radio.
Ik weet niet hoe oud ik was toen ik gebiologeerd naar mijn vader keek die, licht gebogen naar de radio-ontvanger, met een glimlach rond zijn lippen, het gebrabbel tot zich nam. Het moest wel erg leuk zijn wat die meneer zei want zijn spreken was doorspekt met lachsalvo’s en zelfs mijn vader moest soms hoorbaar lachen, iets wat hij in het dagelijks leven weinig deed.
Wij, zeven kinderen en ma, zaten aan tafel, aten oliebollen die mijn moeder elk jaar bakte en deden waarschijnlijk een spelletje. Ik weet het niet meer zo goed.
Oudejaarsavond was oliebollen en mijn vader bij de radio. 
Ik was waarschijnlijk gefascineerd door het feit dat een radioprogramma in staat was om mijn vader los te weken van de alledaagse werkelijkheid die zeker niet makkelijk en zorgeloos was.
Op mijn vragen wie dat was, vertelde mijn vader dat die meneer Wim Kan heette en dat hij vertelde wat er in het afgelopen jaar, vooral op politiek gebied, gebeurd was en dat op een grappige manier deed.
Ik wist niet wat politiek was en vroeg dus door (dat doen kleine jongetjes nu eenmaal) en kreeg het eerste onderricht in de staatsinrichting van ons land.
Ik geloof niet dat ik het toen begrepen heb, want het jaar daarop (waarschijnlijk twee jaar later, want Kan sloeg regelmatig een jaartje over) luisterde ik mee met mijn vader. En weer bleek die meneer Kan rake opmerkingen te maken, gezien het gelach uit de radio en het glimlachen van mijn vader. Ik begreep er niets van en vond het helemaal niet leuk. Ik besefte echter wel dat dat niet aan meneer Kan lag, maar aan mij.
Maar elke volgende oudejaarsconference ben je een paar jaar ouder en langzaam begin je de grappen te doorgronden. Toch heeft dat er niet toe geleid dat ik mij voor de politiek ging interesseren. Maar dat lag volgens mij meer aan de politiek dan aan mij.
Politiek is voor de gemiddelde Nederlander, waartoe ik mijzelf reken, een ver van mijn bed show. De kloof tussen politiek en burgerij, waarover zo vaak gesproken wordt, bestaat. Althans voor mij.
Politiek is saai.
Behalve op Oudejaarsavond.

Ik heb ze deze keer bijna allemaal gezien. Lang leve de herhalingen en Uitzending Gemist!
Nee, Maarten niet, want die is helaas niet op TV uitgezonden.
Maar Youp, Freek, Dolf , Sjaak en Beau heb ik gezien!
Ik ben nou eenmaal een “oudejaarsconferenceaholic” (leuke voor wordfeud, past denk ik niet eens op het bord)
Ik heb genoten. Van allemaal.  Dat zegt waarschijnlijk meer over mij dan over onze cabaretiers.
Ik ben misschien te weinig kritisch en vind het al gauw leuk als bepaalde mensen of instanties eens flink op de hak genomen worden. En ik roep niet zo gauw “ohhh”, als ze soms wat grove moppen debiteren of zaken wel erg zwart-wit afschilderen.
Dat heeft een conference nu eenmaal nodig om de zaken helder en scherp te krijgen. De blunders die ons in de loop van het jaar ter ore komen en ons dan een glimlach ontlokken doen ons op Oudejaarsavond, uitvergroot en overtrokken, schaterlachen.
Het afgelopen jaar wordt met ferme streken in felle, schreeuwende  kleuren, met hier en daar vileine nuances, neer gepenseeld en vormt een beeld waarin we allen kunnen zien hoe, waar, wanneer en waarom het fout ging.
Als we met een grote kwast alle kleuren op het doek met elkaar vermengen, vervagen de details en laat het jaar zijn gemiddelde kleur zien: een ondefinieerbare poepkleur….
Alsof deze cabaretiers een prisma hebben gelegd op een stronthoop…

Onze Oudejaarsconferanciers zijn de regendruppels die op een saaie grijze dag met behulp van wat zonlicht de wonderlijkste kleuren aan de hemel toveren... voor even...

Ik verheug me al weer op het einde van 2012.

Een nieuw begin...


Een nieuw jaar, een nieuw begin!
Goede voornemens, u kent dat wel.....

Afgelopen zomer vertelde mijn broertje mij dat hij een weblog was begonnen. "Moet jij ook gaan doen."
Ach....
In een grijs verleden had ik mij, uit hoofde van mijn functie als ICT'er op een basisschool al eens verdiept in het fenomeen bloggen, om te zien in hoeverre dit een verrijking zou kunnen zijn voor onze opgroeiende jeugd.
Ik was enthousiast, de kinderen ook. We hebben het twee maanden volgehouden...
De druk van de tafels van vermenigvuldiging en de naderende toets Cito-spelling nam dusdanige vormen aan dat onze goede voornemens wegzakten als een plasje in droog zand.
Als vingeroefening had ik zelf ook een blog-account aangemaakt.
Vorige week, na weer genoten te hebben van de zieleroerselen van mijn broertje, ging ik op zoek en waarachtig! Hij bestond nog! Een bevestiging dat alles wat de digitale snelweg opdraait, daar voor eeuwig (?) blijft  rond cirkelen.
Een verhaaltje over het broeikaseffect waarin ik even de oplossing heb aangedragen.
Ach ja, wat is een mens zonder illusies.

Mijn broertje schrijft leuk. Erg Leuk! Voor wie zijn blog nog niet kent, kijk dan hiernaast onder: Mijn favoriete blogs. Echt een aanrader!
Nee, ik heb niet de illusie dat ik hem zal kunnen evenaren.
Ik bewonder zijn schrijfstijl, maar ook zijn volharding. Hij speelt het nu al ruim een half jaar klaar om wekelijks een pareltje aan zijn blogketting te rijgen en dat is voorwaar bewonderenswaardig.
Of ook ik de genen, waarin deze volharding ligt besloten, heb meegekregen meen ik te mogen betwijfelen.
Zo sneuvelde mijn goede voornemen om te stoppen met roken reeds op de eerste dag van het nieuwe jaar.
Hoe ik zo zwak kon zijn? Ach, ik hield mijzelf voor dat ik besloten had om in 2012 te stoppen met roken en dat ik dus nog 365 dagen de tijd had.

Kinderen spelen verstoppertje met elkaar.
Volwassenen spelen het met zichzelf....