zondag 26 mei 2013

Appels en peren


Waar wij, om menselijke eigenschappen te omschrijven, vaak leentjebuur spelen in het dierenrijk, gaan wij, om onze lichamelijke constitutie te definiëren, vaak bij de groenteman shoppen.
Wij beschikken graag over een perzikhuidje, terwijl een sinaasappelhuid minder gewaardeerd wordt.
Ook bloemkooloren hebben een negatieve klank, terwijl appelwangetjes juist wèl op goedkeuring kunnen rekenen.
Iemand die te veel spiritualiën snoept kan een aardbeienneus ontwikkelen en hij of zij, die zich wat opzichtig gedraagt, kan het etiket vreemde snijboon of rare druif opgeplakt krijgen.
Vrouwenborsten worden, afhankelijk van de cupmaat, vergeleken met appeltjes of meloenen, terwijl ook andere lichaamsdelen soms fruitig omschreven worden.

Mannen ontwikkelen op latere leeftijd vaak een buikje en krijgen zo een appelvorm, terwijl vrouwen door het uitdijen van de heupen meer een peervorm krijgen.
En zoals wij allen weten moet je nooit appels met peren vergelijken.
Toch doen we dat maar al te vaak.
John Grey schreef er al een pakkend boek over: Mannen komen van Mars, vrouwen van Venus.
Huub Stapel speelt onder dezelfde titel een prachtige voorstelling.
Wetenschappelijk onderzoek heeft afdoende bewezen dat fysiek de verschillen tussen man en vrouw legio en significant zijn.
Normaliter zijn vele van deze verschillen ook met het blote oog waarneembaar.
Het grootste verschil blijkt echter in de hersenen te liggen.
En dat is niet zo vreemd.

Miljoenen jaren hebben onze voorvaderen als jagers over de aardkloot gezworven, waar de mannen meestentijds de jacht voor hun rekening namen en de vrouwen, door de zegening van het moederschap, een meer verzorgende taak hadden.
Deze specialisatie heeft door natuurlijke selectie tijdens miljoenen jaren van evolutie geleid tot een wezenlijk verschil in de ontwikkeling van de hersenen tussen mannen en vrouwen.
Pas in de laatste paar millennia is de levenswijze van de mens drastisch veranderd.
En wat is een paar duizend jaar op een slordige 4 miljoen?

Het heeft er alle schijn van dat de evolutie van de hersenen de snelle veranderingen in de leefwijze van de mens niet kan bijbenen.
In onze maatschappij zijn de verhoudingen tussen man en vrouw sterk veranderd, terwijl we nog wel opgezadeld zitten met een primitief brein, dat nog niet volledig in die richting is ontwikkeld.
En dat leidt nog wel eens tot wederzijds onbegrip tussen de twee seksen.
Waar mannen met de vuist op tafel slaan, zullen vrouwen de dialoog blijven zoeken.
Het is de situatie die bepaalt wat verstandig is.
Soms helpt praten.
Maar soms moeten er gewoon knopen worden doorgehakt.
Meestentijds geeft een verstandige mix van beide het beste resultaat.

Man en vrouw zijn gelijkwaardig.
Nog niet in alle culturen, maar dat is slechts een kwestie van tijd. Ook daar zien we onder invloed van een snel veranderende wereld (terecht) vrouwen in opstand komen tegen de overheersing van de man.
Mannen moeten leren en accepteren dat hun rol van "beschermer van de horde" is uitgespeeld.
De wereld van vandaag vraagt een ander leiderschap en vrouwen zijn prima in staat om deze opdracht te dragen.
Let wel, sommige vrouwen.
Niet allemaal.
Net als bij mannen is er veel kaf onder het koren.
Toch zou de wereld er aardig van opknappen als we verlost waren van alfa-mannetjes als Poetin, Assad, Castro, Mugabe, Bouterse, Kim Jong-un en andere dictators.


Een vrouwelijke dictator? Ik kan het mij niet voorstellen.
U denkt nu aan uw schoonmoeder, of aan de vrouw van uw broer?
Oké, daar hebt u misschien een punt......



Geen opmerkingen:

Een reactie posten