zondag 12 november 2017

Binnenweg 8 I


Meisjes

Ik beschreef al eerder hoe wij in het najaar van 1959 verhuisden van Roelofarendsveen naar Rijpwetering, waar wij een nieuwbouwwoning aan de Binnenweg betrokken. (Noordeinde 104 I) Het was een enorme verandering in mijn nog jonge leventje.
Weggerukt uit de vertrouwde omgeving van de "wurft" achter Wijsman, waar ik opgroeide en alle buren en buurtkinderen kende, kwam ik nu in een straat te wonen, een lange straat, vol met vreemden.
We kwamen 's avonds laat aan en na een rondleiding door mamma door ons nieuwe huis (wat een kamers!) was het tijd om naar bed te gaan.
Voor het eerst in ons bestaan werden we als kinderen, bij het slapen gaan, gescheiden. Tot dan toe hadden we altijd allemaal samen op het zoldertje van Noordeinde 104 de nacht doorgebracht. Behalve de jongste dan, die sliep nog in een ledikantje beneden, bij pa en ma.
Mijn zusje kreeg in het nieuwe huis een eigen kamer, helemaal voor haar alleen, terwijl ik een kamer deelde met drie van mijn broers. De oudste kreeg een bed op de ruime zolder.
Ik voelde mijzelf een bofkont, dat ik niet helemaal alleen de donkere, duistere nacht in hoefde in dit nieuwe, onbekende huis. Ik voelde medelijden met mijn zusje, waar ik jarenlang naast geslapen had.
Ik miste haar best wel een beetje.
Ik weet nog dat ik, samen met mijn broertjes, een tijdlang vanuit het raam van onze slaapkamer de donkere nacht in heb zitten turen. Een wijds uitzicht, een prachtige sterrennacht. Lichtjes in de verte...... Waar zouden die van zijn?

De volgende morgen naar de nieuwe school. Hartstikke spannend natuurlijk.
Niet langer de bekende route die ik altijd aflegde, samen met mijn twee oudste broers, maar een wandeling door een wereld die ik niet kende. Geen akkers, maar weidse weilanden, die ik kende van de Blauwe Polder. Een totaal andere omgeving.
Moeder bracht ons.
Na een korte ontmoeting met meester Zwartelé, het "hoofd der school" werden we naar onze klas begeleid. Ik kwam bij meester Van der Boog, in de vierde klas. Bij binnentreden van het lokaal stokte mijn adem. Ik was totaal niet voorbereid op het beeld waarmee ik geconfronteerd werd.
In de keurig in rijen opgestelde banken zaten ook...... meisjes!
Misschien hadden mijn ouders mij wel voorzichtig verteld dat dit mij te wachten stond, maar dan was de boodschap bepaald niet over gekomen.

In de Veen werden na de kleuterschool bij de nonnetjes de bokken van de geiten gescheiden. De jongens gingen naar de jongensschool, de meisjes naar de meisjesschool. Dat was gewoon zo. Ik heb nooit de "waarom" vraag gesteld. Ik denk dat ik er in mijn kinderlijke onschuld van uit ging dat jongetjes opgeleid moesten worden tot vaders, en meisjes tot moeders en dat dit de reden was om ze verschillende opleidingen te laten volgen. Ik had dus al een aantal jaren met alleen jongens in de klas gezeten.
Natuurlijk was ik mij wel bewust van het feit dat er van de mens twee soorten waren. Mannen en vrouwen, jongens en meisjes. Ik was een jongetje en mijn zusje was een meisje. Dat er anatomische verschillen waren wist ik van de wekelijkse wasbeurten op zaterdag in de teil. Maar die verschillen waren uiterst gering. Meisjes hadden alleen een ander ding om mee te plassen, maar verder waren we hetzelfde. Ja, meisjes droegen jurken of rokjes. Ik dacht dat ze die droegen omdat dat gemakkelijker was bij het plassen, omdat zij dat zittend moesten doen.
Maar verder? We speelden en maakten ruzie met elkaar en met de buurkinderen. Jongens, meisjes, het maakte mij niets uit. Voor mij waren we allemaal hetzelfde. Die kleine lichamelijke afwijking, die alle meisjes blijkbaar hadden, was volkomen oninteressant en voor mij geen reden om hen anders te benaderen.

En nu..... werd mijn wereldbeeld volkomen door elkaar geschud. Vragen buitelden door mijn hoofd.
Waarom was het hier anders? Waarom kende de Veen eigenlijk een jongens- en een meisjesschool?
Was er dan zoveel verschil tussen jongens en meisjes, behalve dan dat jongens later vader werden en meisjes moeder? Dat moest haast wel.
Maar waarom was dat hier niet zo?
Mijn nieuwsgierigheid ontwaakte.....
Het was voor het eerst in mijn leven dat ik mij bewust werd van het feit dat meisjes "anders" waren.
Dat kwam beslist doordat de jongens heel anders reageerden dan de meisjes op mijn binnenkomst.
De entree van een jong haantje in het kippenkot betekende waarschijnlijk een dreigende verstoring van de pikorde, wat voor een aantal jongens aanleiding was tot wat lacherig en neerbuigend gedrag. De klassenpoëet, die ik later leerde kennen als Jan Strijk, dichtte ad rem na het noemen van mijn naam: "Piet Pouw heeft een augurk in zijn mouw", wat leidde tot gegnuif en gegniffel onder het groepje jongens in zijn directe omgeving. De meeste meisjes keerden zich echter verstoord in zijn richting na die opmerking om zich daarna tot mij te wenden met meelijwekkende blikken om te zien hoe ik zou reageren op zulk een botheid.
Ik reageerde niet.
Ik was als kind een klein, tenger mannetje en verlegen bovendien.
Deze fysieke en geestelijke gesteldheid bracht met zich mee dat ik confrontaties het liefst ontliep.
Wel bedacht ik mij dat ik Jan Strijk en zijn kornuiten niet zo aardig vond en dat de reactie van de meisjes mij veel meer aanstond.
Als kind van 9 jaar trok ik op dat moment de eenvoudige en simpele conclusie dat er een twééde verschil was tussen jongens en meisjes: meisjes zijn veel aardiger dan jongens.....

Later heb ik wel begrepen dat de zaken niet zo zwart-wit liggen en heb ik mijn zienswijze enigszins bijgesteld. Jongens, meisjes, mannen, vrouwen, in elke groep zijn de meeste exemplaren wel aardig en sympathiek.
Ik kwam er ook achter, dat mannen over het algemeen duidelijk zijn in hun wensen en bedoelingen. De uitzonderingen op deze regel kiezen meestal voor een politieke carrière.
Vrouwen bleken wat moeilijker te begrijpen..... Maar dat maakte ze ook interessanter.
Ik heb werkelijk mijn leven lang m'n best gedaan, maar ben uiteindelijk tot de conclusie gekomen: vrouwen zijn niet om te begrijpen, maar om van te houden.....


Nu, op latere leeftijd, moet ik constateren dat machtswellustelingen en dictatortjes toch wat meer voorkomen onder mannen dan onder vrouwen, waaruit blijkt dat de conclusie die ik als kind trok - misschien wat kort door de bocht en tè generaliserend van toon - een kern van waarheid in zich herbergt......
Meisjes zijn (in het algemeen) aardiger dan jongens.
En dat vind ik nog steeds.....





1 opmerking: