zondag 22 juli 2012

Kramperen


Wij gingen kamperen!
Mijn broer had van een vriend een grote bungalowtent gekregen en aan ons gevraagd of we zin hadden om te gaan kamperen. Hijzelf was nog single en zag het blijkbaar niet zitten om in zijn eentje zo'n joekel van een tent op te zetten.
Natuurlijk hadden mijn vrouw en ik daar wel oren naar.
Een jong gezin met twee kleine koters had financieel gezien verder niet zoveel vakantiemogelijkheden.
Met elkaar kozen we een mooie camping in de nabijheid van het historische stadje Brielle......

De zaterdagmorgen van vertrek werd, met veel passen en meten, de bagage in de Simca gepropt, want de tent nam de volledige bagageruimte van mijn broers Renault 4 in beslag. Noodgedwongen moesten er knopen worden doorgehakt wat wel en wat niet mee moest.
Het miezerde een beetje.
De buurman kwam eens informeren, met een blik naar de hemel, of we wel zouden gaan.
"Het is gewoon verkwikkend", antwoordde ik hem als een afgestudeerd rasoptimist.
Met de twee peuters, ingebouwd tussen tassen en andere bagage op de achterbank en ik voorin met een koffer tussen mijn benen, vertrokken we naar ons vakantieparadijs.
Ach, het moest kunnen, het was tenslotte niet zo ver.
Naarmate onze reis vorderde werd het steeds verkwikkender.....

Ter hoogte van Rotterdam moesten de ruitenwissers zwoegen om nog enig zicht op de weg te bewerkstelligen.
Aangekomen in Brielle was de plensbui verworden tot een gestadig regentje.
Gelukkig, het zou zo dadelijk wel ophouden.
De camping zag er leuk en verzorgd uit.
In de recreatieruimte waren een aantal oudere dames bezig met het vermaken van de campingjeugd. Zij ontfermden zich direct over onze spruiten, zodat wij in alle rust de tent konden gaan opzetten.
Iemand van de camping liep mee om ons onze plek te wijzen.
Het laatste restje optimisme van de vroege morgen, dat onderweg al danig in de week was komen te staan, loste op in de nog immer vallende regendruppels toen ik de plaats zag.
Wij kwamen te staan op een "veld" dat pas bij de camping getrokken was.
Met andere woorden, een weiland waarop het jaar daarvoor het melkvee nog dartel had rondgesprongen.
De bodem: klei. Vette Zeeuwse klei, ook al was het op de Zuid-Hollandse eilanden.
U kent de uitwerking van een stevige regenbui op een kleibodem?
En.... geen beschutting. Hier en daar waren een paar takjes in de grond gestoken die over twintig jaar in staat zouden zijn om de campinggasten enige schaduw en luwte te bieden.
Nu was een schaduwrijke plek op dat moment niet onze eerste zorg.
Glibberend en glijdend besloten we naar de kantine terug te keren, eerst maar een bak koffie te nemen en de bui uit te zitten.

Na de vierde kop koffie besloten we toch maar aan de slag te gaan. De druppels werden allengs weer dikker en met dit weer zou ook de zomeravond waarschijnlijk vroeg vallen. Daarbij begon ook de wind behoorlijk aan te trekken.
O nee, de kinderen mochten gerust nog blijven, verzekerden de dames van het "recreatieteam". Ze zouden dadelijk pannenkoeken gaan bakken en o, ze zouden de kleintjes heus goed in de gaten te houden.

Het opzetten van een onbekende tent zou onder deze weersomstandigheden zelfs voor ervaren kampeerders een hele klus zijn.
Wij waren dan ook bijzonder trots op onszelf toen we na veel gevloek en getier na anderhalf uur het geheel toch redelijk hadden staan.
Wel kwam de generositeit van mijn broers vriend in een wat ander daglicht te staan. De vele zon-uren die de tent in beter oorden reeds had doorstaan, had er voor gezorgd dat het tentdoek zeer kwetsbaar geworden was, met als gevolg dat zo af en toe bij een wat steviger greep, die gezien de windsterkte nou eenmaal nodig was, handen dwars door het doek heen gingen.
Maar goed, hij stond en hij stond stevig en we wisten elkaar wijs te maken dat dit alles nu eenmaal bij kamperen hoort.
Ziezo, de kinderen even ophalen en dan kon onze vakantie beginnen!

"Genietend" van een sober avondmaal bemerkten we dat de garantietermijn betreffende de waterdichtheid van de tent ook reeds ver verstreken was en al gauw regende het binnen net zo hard als buiten.
De wind nam toe en al snel begon de tent te dansen.....
In de invallende duisternis glibberend en glijdend de stormtouwen, die gelukkig waren meegekomen, over de tent getrokken.
Die nacht vloog een zuidwester met windkracht 8 over de Zeeuwse en Zuid-Hollandse kust.
En onze tent was zo'n beetje het eerste obstakel dat hij tegen kwam.....
Van slapen is niet veel gekomen.
Gedrieën hebben we die nacht aan de tentstokken gehangen om te voorkomen dat de tent het luchtruim zou kiezen.
De jongens sliepen gelukkig heerlijk door, zich van geen ellende bewust.

Tegen de ochtend ging de wind liggen en toen we onze slaperige koppen buiten de tent staken, ontwaarden we zowaar een waterig zonnetje.
We hadden het doorstaan! Erger kon het niet meer worden.
We besloten het pittoreske Brielle te gaan bezichtigen.
Inderdaad, een prachtig stadje.
Maar er was op zondagmorgen geen reet te beleven.
Het waterige zonnetje maakte plaats voor een druilerig regentje.
We besloten om een andere keer terug te keren en de middag maar te gebruiken om wat van de gemiste slaap van de nacht daarvoor in te halen.
Aan het einde van de middag werden we gewekt door het flapperen van het tentdoek en het fluiten van de weer aanwakkerende wind.
Die nacht doorstonden we, letterlijk en figuurlijk, windkracht 9......


De volgende morgen was het campingveld een grote ravage. Tenten waren verdwenen en voortenten bij caravans waren ingestort of volledig afgescheurd.
Maar..... onze tent stond nog!

In Brielle kochten we kaplaarzen, regenjassen, reparatiespullen voor het tentdoek en spuitbussen om het geheel weer een beetje waterbestendig te maken.
Terug op de camping gingen mijn vrouw en broer nog even bij het kantoor langs.
Toen ze even later ook bij de tent arriveerden berichtten zij mij met een grote smile op het gezicht dat ze  een weekje hadden bijgeboekt!
Ik heb toen waarschijnlijk enige onwelvoeglijke taal gebezigd.
Maar.... hun optimisme betaalde zich uit.
Op maandagmiddag brak de zon door en twee weken lang hebben we onder een strakblauwe hemel en een stralende zon een schitterende kampeervakantie beleefd!

Tijdens de eerste week arriveerde een 6-tal jongeren, door een van de ouders met een busje afgezet, op de camping. Zij kregen een plaatsje vlak bij ons toegewezen en hadden ook een grote bungalow tent om op te zetten.
In het stralende zonnetje hebben we het, onder het genot van een hapje en drankje, met enig leedvermaak af zitten kijken.
Het ging bepaald niet van een leien dakje en het getier en gescheld was niet van de lucht.
Uiteindelijk hadden ook zij hun tent staan. Tevreden namen zij enige afstand om het eindresultaat te bekijken.
Een van de jongens liet een hartgrondige vloek ontsnappen, toen hij constateerde...... dat de gordijntjes aan de buitenkant zaten.
Amateurs!


1 opmerking: